Zo’n dikke tweeduizend jaar geleden konden mensen geen videogames spelen, die waren er toen nog niet. Dus moesten andere manieren worden bedacht om agressief te worden. Immers; agressief word je natuurlijk niet zomaar van je dagelijkse sores, er moet een duidelijk afgebakend eenduidig medium zijn dat door het slechte voorbeeld tot agressieve daden inspireert. In afwachting van het fenomeen videogame was de boekvorm een mooie tijdelijke oplossing.
Sla het oude testament open op een willekeurige bladzijde, je hebt grote kans iets over een uitgemoorde volksstam te lezen of toch op zijn minst een ingeslagen schedel.
Nu wil ik de schrijvers van de bijbel niet te kort doen hoor maar waar het de verheerlijking van geweld betreft, gaan de klassieke Griekse geschriften toch nog een paar stapjes verder. Neem nu de Ilias van Homerus, daarin wordt zo hard en meedogenloos gehakt en gemoord dat zelfs de inwoners van San Andreas er van zouden verbleken. Deze verhalen van Homerus vormden dan ook een inspiratiebron waaruit voor het supergewelddadige God of War veelvuldig is geput.
Kruitvat Jij bent Kratos, de alom gevreesde kapitein van het Spartaanse leger. Kratos wordt achtervolgd door nachtmerries waarin hij telkens weer moet aanschouwen hoe zijn vrouw en kindje op beestachtige wijze worden afgemaakt.
In die dagen deed men nog niet aan therapie en er waren ook geen videogames om eens lekker al je ellende uit je lichaam te raggen. En dus is Kratos pislink, een kruitvat met een heel kort lontje. Als de game begint is het lontje nét opgebrand en kan het keurslagerwerk meteen beginnen.
Kratos is overtuigend krachtig vormgegeven; een compacte spiermassa met een immer grimmige kop waarover een vette rode streep is getrokken. Alleen zijn haardracht al verraadt zijn uitzonderlijke mannelijke potentie: net als de schrijver van deze tekst draagt hij meer haar op zijn kin dan op zijn schedel.
Gekartelde kromzwaarden Kratos begint zijn vakkundig hakwerk met twee gekartelde kromzwaarden die met kettingachtige verlengstukken aan zijn armen zijn verbonden.
Als je een beetje op de knoppen ramt, ontstaan er al snel even sierlijke als dodelijke zwaai-, haak-, steek- en hak-bewegingen die je als een vlaggenzwaaiende majorette over het scherm laten dansen. Een dans der doden, een orgastische uitspatting van bloed en geweld, waarbij de slachtoffers net zo hard krijsen als ik bij de tandarts.
Het is echt heerlijk om hiermee aan de slag te gaan en het ziet er allemaal ook nog eens zeer indrukwekkend uit. Dat komt niet in de laatste plaats door de vlammen die van de twee zwaarden spatten. Tijdens de snelle bewegingen laten ze hierdoor snel vervagende gloeistrepen achter op je netvlies; hetzelfde effect waar Jeroen altijd zo van geniet als hij op oudejaarsavond met sterretjes mag spelen, maar dan nóg bruter.
Zeldzaam goed Belangrijkste van alles: de actie voelt goed. Gewoon goed. Zeldzaam goed. Zo goed, dat je je nauwelijks kunt voorstellen dat deze game door een Westerse ontwikkelaar is gemaakt. Elke stap, elke klap, elke haal, elke houw, alles is raak, zelfs als het mis is, en dat is zeldzaam voor een game uit de VS.
God of War kan zich qua vechtgevoel moeiteloos meten met het beste werk van Mikami en Itagaki, en dat is nogal wat. Het richten op vijanden, het blokken, counteren, juggles, alles gaat snel, soepel en intuïtief.
Combo’s maak je als vanzelf en op het moment dat je de moves niet meer willekeurig maar met opzet begint uit te voeren, komt telkens een handjevol nieuwe moves beschikbaar welke je meestal vrij eenvoudig in en aan je oude series kunt rijgen.
Vechtpuristen kunnen desgewenst dieper gaan maar in de gemakkelijkste stand is dat absoluut niet nodig. Iedereen kan hiermee aan de slag. Een klein kwartiertje in het spel en je voelt je al helemaal een onverslaanbare oorlogsgod, ook al is dat in dit spel nu juist het figuur waar je naar op jacht bent.
Inderdaad, je bent op jacht naar de Griekse oorlogsgod Ares, wellicht beter bekend onder zijn Latijnse naam Mars. Dat is natuurlijk een onmogelijke klus voor een sterveling maar met hulp van andere Olympische goden, met een speciale rol voor Athene, kun je toch een heel eind komen. Tenminste, als je zo’n ultieme vechtmachine bent als Kratos.
Ik zou daar graag meer over vertellen en ook over de fantastische beelden en muziek die dit meesterwerk op overrompelende wijze naar mijn huiskamer brachten, terwijl de onvergetelijk wrede filmpjes en even onheilspellende als opzwepende soundtrack eveneens niet onvermeld mogen blijven. Echter, de ruimte ontbreekt hier dus dat hou je tegoed voor volgende maand, en daarbij komt dat ik even naar buiten moet.
In elke hand draag ik een broodmes want volgens mij hoorde ik daarnet enkele hinderlijke kinderstemmen...
God of sex Alsof het afslachten van duizenden levende wezens nog niet genoeg is om je een man te voelen, kun je in deze game ook nog eens een lekker potje neuken. Soms zelfs met twee jongedames tegelijk.
Als je een béétje een kerel bent dan lukt het jou ook om met correct getimede druk- en draaibewegingen de dames naar een hoogtepunt te brengen. Dat vervult je met een gevoel van trots zo groot en warm dat je, net als ik, vast meteen aan je mama gaat vertellen dat het je is gelukt.
Over lijntjes lopen Hoe goddelijk het hakken en beuken in God of War ook is, zelfs dat gaat vervelen. Daarom is het fijn dat de gevechten zeer regelmatig worden afgewisseld met slim in de omgeving verwerkte puzzels en uitdagende spring-en-klim-opdrachten. Ook de scènes waarin je hangend aan een touw of muur moet vechten zijn goed uitgewerkt.
Extra grof geweldAls er een actieknop-icoontje boven een tegenstander is verschenen, moet je snel de aangegeven knop indrukken om nog eens wat extra grof geweld in te zetten, vaak bij wijze van finishing move. Tegenover grotere vijanden kun je op deze manier een hele serie acties uitvoeren om ze op werkelijk grandioze wijze te vel